Jongvolwassenen, volwassenen en senioren in Landhorst

Conclusies

  • De auto is een belangrijk vervoersmiddel voor veel mensen in de kern

  • Goede fietsverbindingen naar nabijliggende kernen en opstap locaties HOV en trein vergroten de bereikbaarheid.

  • Meerdere inwoners zouden incidenteel of structureel gebruik willen maken van een goede busverbinding met name in combinatie met een treinreis.

  • De mate van organisatie van inwoners in deze kern is erg hoog wat kan bijdragen aan het organiseren van succesvolle mobiliteitsinitiatieven.

Aanwezigen

  • 15 uit Landhorst [Eenvoudig en onafhankelijk]

Inzichten uit het gesprek

Veel deelnemers zijn lopend of op de fiets naar de focusgroep gekomen. Acht van de deelnemers waren te voet naar het groepsgesprek gereisd, vier aanwezigen waren met de fiets en één persoon met de elektrische fiets. Twee aanwezigen kwamen later binnen, daarvan is onbekend hoe ze naar de focusgroep zijn gekomen.

Tijdens het groepsgesprek blijkt dat de auto een belangrijk vervoersmiddel is voor inwoners én bewoners. “Zonder auto kun je niets en ben je bijna niets”. Er zijn weinig aantrekkelijke alternatieven om voor langere afstanden, structureel anders te reizen. Over het algemeen vinden de meeste deelnemers het niet erg afhankelijk te zijn van de auto. Er zijn wel meerdere anekdotes gedeeld waaruit blijkt wanneer je (tijdelijk) niet (meer), of nog niet kan rijden dit voor problemen zorgt. Zo zijn er maar een beperkt aantal stageplekken bereikbaar voor studenten. Ook andersom wordt dit ervaren, bedrijven hebben moeite om werknemers of stagiairs aan te trekken. Het rijden ’s avonds wordt ook als barrière ervaren. Er zijn geen taxiservices meer in de buurt.

Ook het aantal auto’s in de kern en bij voorzieningen geeft blijk van de auto afhankelijkheid. Dit wordt niet als overlast ervaren, er is immers voldoende ruimte in Landhorst. Doorstroming en snelheid zijn belangrijk voor de deelnemers van het groepsgesprek, het zorgt voor een betere verbondenheid met andere kernen binnen én buiten de regio. Daarnaast heeft de auto ook een belangrijk plek in de ketenreis en voor het bieden van ondersteuning aan anderen. Zo wordt de auto gebruikt in de rit naar stations (Ravenstein, Boxmeer en Deurne zijn benoemd) om met de trein verder te reizen of bezoek op te halen. Daarnaast wordt ook vertelt dat er veelvuldig auto’s met fietsen achterop rijden. Voor de reis naar de basisschool in Wanroij worden regelmatig kinderen van meerdere gezinnen meegenomen. De afstand naar de basisschool is namelijk te ver voor jonge kinderen om te fietsen. Voor sport of uitjes organiseren inwoners vaak carpoolafspraken en de voorzorgcirkel georganiseerd door Sociom kan een rol spelen als iemand ondersteuning nodig heeft. Daarnaast werd ANWB-automaatje benoemd als positief voorbeeld. Momenteel is dat geen dienst die in Landhorst actief is.

Naast de auto komt ook het reizen met de fiets ter sprake. Een aantal deelnemers gaan of gingen met de fiets naar het werk. Voor sommige deelnemers die een elektrische fiets hebben heeft dit een groot verschil gemaakt, maar niet voor iedereen. Eén deelnemer gaf aan dat de elektrische fiets hem mogelijkheden heeft geboden om verder te reizen, bijvoorbeeld voor de boodschappen in Mill en Boekel. Een andere deelnemer gaf aan dat de elektrische fiets erg welkom is naast de enige auto van het huishouden en nu alles met de fiets doet. De fietsverbinding naar Boekel wordt ook genoemd in de ketenreis naar Eindhoven, vanaf Boekel rijdt de bus. Tijdens het gesprek blijkt verder dat veilige fietsverbindingen in de omgeving ontbreken. Onveiligheid wordt ervaren langs de provinciale weg, door het bos en op de route naar school. In de richting van Cuijk wordt ook een verbinding gemist, je kan dan namelijk vanaf Cuijk doorfietsen op de goede verbinding naar Nijmegen.

De mogelijkheden en het gebruik van het openbaar vervoer is ook uitvoerig besproken. Het openbaar vervoer wordt als duur ervaren, onder andere omdat kosten voor de auto gemaakt zijn en het openbaar vervoer de auto niet kan vervangen. Voor studenten gaat dit niet op, het OV is gratis. Voor de autorit naar een treinstation is alsnog een aanzienlijk deel van de bijbaanverdiensten nodig. De treinverbindingen naar Eindhoven (via Deurne) en ’s-Hertogenbosch (via Ravenstein) zijn belangrijk voor onderwijs, werk en vakantiereizen (verbinding richting Schiphol). Ook wordt gesproken over een goede busverbinding tussen Eindhoven/Helmond en het station in Boxmeer. Deelnemers van het gesprek zouden daar graag gebruik van maken, er is alleen geen halte in Landhorst. Een halte bij woon-werk gemeenschap Bronlaak wordt als mogelijkheid genoemd en als positief beoordeeld door de gesprekdeelnemers. Een halte hier zou een goede opstap locatie zijn voor scholieren en inwoners van kernen in de omgeving daarnaast zou het mogelijkheden bieden voor het aantrekken van werknemers van de woon-werk gemeenschap.

In Landhorst zelf rijdt er een buurtbus via Mill naar Boxmeer, dat wordt erg gewaardeerd. Wel wordt aangegeven dat je vaak met de fiets net zo snel bent. Het feit dat de buurtbus niet in het weekend of de avond rijdt zijn redenen om de buurtbus niet te gebruiken. Maar ook de betrouwbaarheid van de dienstverlening is een zorg. Deelnemers zijn bang dat ze niet op de bus kunnen rekenen. Een idee wordt geopperd om het mogelijk te maken dat de chauffeur kan zien dat er reizigers willen opstappen. De buurtbus wordt door senior reizigers en veel scholieren gebruikt, met name in de winter. De buurtbus sluit niet aan op de verbinding richting Veghel, en wordt gevraagd of dit een mogelijkheid is. Ook Elsendorp is niet met de bus bereikbaar, hier zit wel de huisarts van de meeste inwoners.

Een aantal voorzieningen komen ook naar de kern Landhorst toe. Er wordt gebruik gemaakt van verschillende besteldiensten, zoals supermarkten en Hellofresh. Maar ook verzorging- en gezondheidsdiensten komen langs, zoals thuiskappers, de pedicure, bloedprikken een keer in de week en de griepprik een keer per jaar.